Kolibrie TalentKlas 5-8


kolibrie-avatar

Blog

Blog 06 January 2025

Terug in de tijd, heel ver terug: thema Dino’s!

Week 1: Proefje!

Is een zure mat echt zuur? Dat onderzochten we met een proef. We hadden daarvoor rodekoolsap nodig. Zien hoe mooi de binnenkant van een doorgesneden bloemkool is, is al een prachtige start van deze les.
Eerst rode kool aan stukjes laten snijden, daarna in de pan en laten koken. Hoezo heet het eigenlijk rode kool? Dit is meer paars!
Daarna krijgt ieder team een  ½ zure mat.

Die moet in stukjes gesneden en in een glas met water flink geroerd worden. Daarna rode koolsap erbij gieten.

Daar gebeurt iets: het paarse sap wordt rozerood. In een zure mat zit citroenzuur en appelzuur lezen we op de ingrediëntenlijst. Leuk om van een ander snoepje te onderzoeken of daar ook zuur in zit.
In een andere glas dus nogmaal de handelingen met een winegum. De resultaten zijn niet helemaal eenduidig, er is wel iets verkleuring. We zien ook wel een vorm van zuur in, checken we op de verpakking.
Natuurlijk eindigen we met zelf proeven van het snoep, lekker zuur.

Start: wat weet je al?

De start is een soort van standaard: maak een mindmap over dit onderwerp. Veel kinderen werden er héél enthousiast van.
(In de bovenbouwgroep waren er kinderen jaloers dat zij dit thema niet gingen doen.)
We hadden een heleboel leuke boeken gehaald bij de bieb, en extra dino-speelgoed gekocht.

Op de foto’s zie je al dat er mooie en interessante overzichten zijn gemaakt.

Skeletten maken

Hoe weten we eigenlijk hoe groot dino’s waren? En wat voor vorm ze hadden? Omdat er botten en fossielen zijn gevonden natuurlijk.
De kinderen krijgen de opdracht om een dino te kiezen (poppetje of tekening) en te bedenken hoe het skelet van dit specifieke dier eruitziet.

De botten maken ze van allerlei soorten pasta.
Deze opdracht betekent goed kijken en secuur werken. Heerlijk om te zien hoe geconcentreerd en betrokken ze allemaal bezig zijn.

Het lijf!

Nog interessanter is als er vlees om de botten zit. Iedereen mag vandaag een eigen dino’s verzinnen (ontdekken). Als ze hun dino afhebben mogen ze verzinnen hoe die heet. Er is hulp, want ik heb op de computer een leuke app hiervoor gevonden.

Sowieso vinden ze het allemaal geweldig als er een computer bij komt kijken.
Keurig op een kaartje schrijven, en voor degenen die willen: schrijf erbij hoe deze dino leefde.

Wat wil je doen? Keuzeopdrachten

Op 5 december heeft de donderdaggroep geen les, dus we verzinnen iets voor de woensdag. We geven verschillende opties, dus er is voor elk wat wils.
De een wil meer uitvoerend bezig zijn en zelf een woordzoeker maken, de ander wil speuren op een moeilijke (echt!) zoekplaat, er zijn er ook die samen een toneelstukje verzinnen met de handpoppen van dino’s. Spontaan wordt er ook een gedicht gemaakt dat begint bij dino’s en afslaat naar Sinterklaas. Super leuk allemaal.

Fossielen

Dit is een heel interessant onderdeel van dinosauriërs. Zo interessant dat we een jongen in de bovenbouwgroep hebben die er een soort van in gespecialiseerd is. Ik heb hem erg gelukkig gemaakt door hem te vragen of hij een presentatie over dit onderwerp wilde geven.
Hij kwam op donderdagochtend met een voorraadje fossielen netjes ingepakt in een doos. Hij kon er heel goed over vertellen en deed het erg leuk met de kinderen.
Het grappige was dat hij weer onder de indruk was van wat die wisten, hij werd zelfs een keer verbeterd, dat kon hij prima hebben.
Dankjewel, was erg leuk!

Daarna gingen we met zijn allen zelf fossielen maken van gips. In een beetje rubberachtige klei konden ze van de plastic dino’s afdrukken maken, van een poot bv.
Dat betekende goed een stappenplan volgen, de juiste hoeveelheid gipspoeder en water mengen. Dan laten controleren of de dikte goed was (dit stond in rood en onderstreept op het bord, ze willen nog wel eens als een streep door de stappen gaan en nergens meer op letten).

Vervolgens de afdruk met gips vullen. Met pijpenrager een handvatje maken met je naam erop. Een creatieveling had meteen het idee om er een ring van te maken zo. Dan wel van tevoren passen en de goede lengte pijpenrager knippen.
Aan het eind van de ochtend, sommigen de week erop, konden de fossielen al eruit gehaald worden. De kinderen waren er enthousiast over.

Tijdlijn

Ja, dino’s zijn lang geleden. Maar hoe lang?
Daar krijgen we een beetje een indruk van met het grote uitvouwboek. Daar zien we ook getekend wat we in een filmpje over het ontstaan van leven hebben gezien. Het begint met bijna niks, na de oerknal.

We bekeken ook een filmpje over hoe het kwam dat de dino’s uitstierven. We weten het wel ongeveer, maar hier wordt het in detail goed uitgelegd. Hè? Waren er twee vulkaanuitbarstingen? Ja, blijkbaar. We kunnen het ook terugvinden op het uitvouwboek.

De tijdlijn dat er dino’s leefden is verdeeld in verschillende fases. Die zijn uitgeprint. De kinderen krijgen er een in handen en moeten zelf in de goede volgorde gaan staan, ze helpen elkaar. Iemand bedenkt dat de kinderen zonder plaat achteraan moeten gaan staan, dat is de laatste fase van de evolutie: dat de mens er is.

Daarna krijgen ze die plaatjes als knipvel. Ze mogen hun eigen tijdlijn maken en zorgen dat het op de goede volgorde zit. Dat is hard werken om af te krijgen. De meesten lukt het, en als niet dan neem je het mee naar huis om daar af te maken.

Proef fossiel maken

Aan het eind van de ochtend nog een proef ingezet over hoe fossiliseren werkt. Een paar sponsjes, geknipt in een bot onder zand laten verdwijnen.
Daarna water verzadigen met zout en op het zand schenken.
Dan een paar weken wachten. Nou, daar hebben we dus de vakantie voor. We gaan zien hoe de sponsjes uit het zand tevoorschijn komen.

Spaans

In de proefjesweek hebben we de cijfers aangeboden tot 100.
Daarna sommetjes gemaakt met dobbelstenen. Goed uitgelegd dat het om het Spaans gaat, niet zozeer om heel moeilijke sommen. Was toch even goed nadenken. En voor sommigen is het makkelijker dan voor anderen, daarom had ik een kaartje gegeven waarop stond hoe je hulp kunt vragen: ‘Ayuda!’

We hadden woordkaarten met dino-woorden. Daar hebben we spelletjes mee gedaan, een soort ganzenbord (met dinootjes als pionnetjes, daar word ik dan weer heel blij van (uitdeelcadeautjes bij de Hema gevonden)).
Een circuitje met rondlopen en woorden oefenen, dat soort dingen.

Oh ja, we hebben ook een leuk liedje geleerd over een dino die dingen zoekt. Toen we dat goed mee konden zingen hebben we nieuwe woorden die hij kwijt kon zijn en opgezocht in een woordenboek en gezongen.

Kom in je lijf.

Ik heb hier niet veel foto’s van, ook omdat ik zelf het goede voorbeeld wil geven en meestal meedoe met de oefening. We gebruiken het boek Klas in Balans, van Helen Purperhart.
Iedere week kiest een kind welke oefening we doen. Heel veelzijdig, soms op de plaats, soms op de grond, soms met zijn tweeën, soms de hele groep, soms voor jezelf.

Iedere week spelen we ook buiten natuurlijk. Een heel belangrijk onderdeel van de ochtend. Sowieso om een frisse neus te halen, maar ook om even stoom af te blazen, zelf te kunnen bedenken wat je wilt doen, samen met anderen actief te zijn. Je te verwonderen over de kippen die regelmatig loslopen op dit plein.
Grappig: de stelten die een keer ter beschikking waren, bleken heel populair, iedere week komen ze vragen of ze die weer mogen.