NB: als je de blog per mail krijgt, klik even op DEZE LINK, dan kun je de foto’s op normaal formaat zien. In de mail blijkt dat een beetje raar te werken.
Ik ben zelf een tuindersdochter. Bij een onderwerp als dit merk ik dat ik ook wel (genetisch of niet) warm loop voor alle facetten die het onderwerp planten biedt. Heel interessant allemaal, en we konden er leuke activiteiten aan koppelen.
We hebben proefjes gezocht binnen het thema, dus onder andere glow in the dark-staafjes gekocht. De kinderen ontdekken dat die in ijskoud water minder hard gloeien dan in heet water. Welke brandt dan het langst? En hoe zou dat komen?
Verder onderzoeken we witwasmiddel met uv-lampjes. Dat licht dan heel erg op!
Ze maken er een halfvloeibaar papje van en met een kwast schrijven ze er een geheime boodschap op. Dat blijkt bij daglicht ook zonder UV-licht wel zichtbaar, maar in een echt donkere ruimte (het magazijn) licht het wel mooi op.
Dit is een beproefde manier om een thema te beginnen. Eerst hapert het een beetje, maar als ze eenmaal op gang zijn willen ze niet meer stoppen. Altijd als ze dingen bedenken waar ik zelf niet aan had gedacht.
Als er wordt samengewerkt vragen ze van tevoren of ik het later wil kopiëren, ze willen beiden een exemplaar naar huis nemen.
De meeste kinderen maken hun eigen mindmap. Tekenen of schrijven, of allebei.
We praten over wat licht is (uitlegfilmpje erbij) en zien ook een filmpje over morsecode. Dat is ontworpen voor geluid, maar je kunt het ook met geluid weergeven.
Alle kinderen krijgen een overzicht met alfabet in morse. Dan schrijven ze een boodschap op papier.
Vervolgens laten ze de signalen met een zaklampje aan elkaar zien. Dat is even wennen, maar sommige letters zitten er al gauw in. Een E is 1x kort bv.
Hoe kan het eigenlijk dat je kleur ziet? En hoe hebben filters invloed op wat je ziet? Dat is onderwerp van deze les.
We demonstreren het kleurenprisma en proberen met een diaprojector uit wat het effect is van verschillende kleurenfilters.
Dat is grappig, want sommige details van kleding blijken dan te verdwijnen (= niet meer zichtbaar).
Daar gaan we mee experimenteren: zelf een tekening maken en dan met een 3D-bril (die heeft een rood en een blauw glas) bekijken.
Het is ontdekken, het wordt steeds leuker naarmate de mogelijkheden duidelijk worden. Sommige kinderen bouwen er een bewuste grap mee.
Deze mag niet missen. Grote pret sowieso. Eerst met leren hoe je met je handen schaduwvormen kunt maken, daarna aan de slag met een verhaal, voor alle onderdelen daarvan iets tekenen en uitknippen en aan een stokje vastmaken.
En daarna ‘optreden’. De verhalen waren wisselend in logische verhaallijn en zo, maar dat is altijd heel leuk om te zien: alle kinderen genieten van de verhalen die de anderen laten zien.
Filmpjes ervan hebben de ouders ontvangen.
Sommige kinderen leerden veel door het bekijken van hun filmpje: meer zeggen, beter laten zien, dat soort dingen.
Mooi om te zien hoeveel natuurlijk inzicht sommige kinderen hadden wat dit betreft.
De geschiedenis van de fotografie gaat via het belichten van platen naar papier, dat zien we op een filmpje.
Dat hele proces is wonderbaarlijk en leuk om een keer zelf mee te maken.
Ieder kind krijgt een speciaal papier waar het dingen op mag leggen. Daarna in de zon(!) leggen voor de belichting. Zonlicht is echt noodzakelijk, dat is alleen op de woensdag maar gelukt. De andere dagen hebben het nog tegoed.
Over de breking van licht valt van alles te vertellen en gelukkig ook te zien.
Met een speciaal laserlichtsetje en een serie lenzen (bolle en holle) kan meester Hans demonsteren hoe dat werkt.
Ook met een glas water kun je dat laten zien trouwens. En zo uitleggen hoe een regenboog werkt, want alle kleuren hebben net een andere hoek waarin ze breken.
Vanuit welke hoek je fotografeert heeft effect op het beeld dat je maakt. We leggen uit over kikker- en vogelperspectief, en ooghoogte.
Daarna mogen de kinderen in tijdschriften foto’s zoeken met die verschillende perspectieven en uitknippen. Daarna op het magneetbord hangen. Best een beetje moeilijk, maar lukt vaak goed. Ze hadden een voorkeur voor natuurtijdschriften. Was wel even uitleggen dat een vogel niet altijd vogelperspectief betekent…
Handig dat je tegenwoordig zo makkelijk foto’s kunt maken met een mobiel.
Ieder kind mag met een voorwerp, of zichzelf, een pose maken en daar maken we dan 3 foto’s van.
Leuke effecten.
Dat is wat fotografie letterlijk betekent, want dat is wat er feitelijk gebeurt.
De laatste les voor de kerstvakantie gebruiken we om met licht te schrijven. Dus een lampje in je hand, in het donker bewegen met een ouderwetse camera op statief met een lange sluitertijd.
Dat is ook een beetje ontdekken en experimenteren. Soms lukt het om je eigen letter (in spiegelbeeld!) te maken. Gaaf om te zien wat de resultaten zijn.
Ik probeer altijd op allerlei manieren de Spaanse woorden te ‘oefenen’. Dus herhalen op een leuke manier, als het even kan ook met bewegen. Denk aan verspreid staan kinderen met een woordkaart, anderen lopen rond en spreken het woord uit. Daarna wissel.
Dat werkt soms zo inspirerend dat kinderen ook thuis iets daarvoor maken, een eigen woordenboek bv.
Bij binnenkomst, als start van de ochtend, wordt trouwens ook gespeeld, met de knikkerbaan, met de friemel- en wiebeldingen, met smartgames, alleen of met elkaar. Of getekend, of met de diamondpainting. Heerlijk om te zien en als je ernaast gaat zitten merk je dat er mooie gesprekken gebeuren of technisch overleg bij de knikkerbaan. Drukke kinderen zijn daar dan rustig en heel geconcentreerd bezig.
De kom-in-je-lijfoefening doe ik altijd zelf voor/mee. Daar zijn geen foto’s van. Kort moment, wel belangrijk om te leren hoe je uit je hoofd in je lijf kunt komen.