Vandaag zien we elkaar weer na de herfstvakantie, ik hoorde al van een moeder dat ernaar uitgekeken werd. Leuk!
We starten met ingewikkelde knikkerbanen bouwen, daar is overleg bij nodig, anderen gaan tekenen en met tandwielen aan de slag. Tussendoor bespreken we een beetje hoe hun vakantie was.
We bekijken nog een keer het filmpje ‘Bestaat dat wel, niets weten’, met een verhaal over Eekhoorn en Mier die elkaar brieven schrijven over dingen die wel of niet zouden bestaan. Daarna schrijven de kinderen zelf een brief aan iemand, ze mogen zelf weten wie. De brief moet gaan over iets waarvan je je afvraagt of het echt bestaat… Best moeilijk.
Ze leren in ieder geval dat een brief een aanhef, een boodschap en een slotgroet heeft. Aanhef en slotgroet moeten bij elkaar passen, na ‘lieve mama’ eindig je niet met ‘hoogachtend’. Er komen mooie vragen uit zoals: kan een konijn zijn oren kwijtraken, iemand die een vriendinnetje uitnodigt om samen buiten te spelen en te zoeken naar dingen om te kijken of die echt bestaan, bv. spinnen in de winter, dat is echt gek, want dat heeft ze nog nooit gezien. En een actuele vraag aan wetenschappers, over corona.
In het raadkoffertje zit een hele moeilijke: een bankscanner, voor als je digitaal wilt betalen met de computer. Het is hard, je moet er iets instoppen, voor even (en het is geen broodtrommel), je gebruikt het als je iets wilt kopen, er staan cijfers op. Uiteindelijk is er iemand die goed in die richting denkt. Benieuwd wat er volgende week weer te ‘raden’ valt.
Na de pauze een korte regenboog-oefening waarbij ze met armen bewegen en moeten proberen een kleur voor zich te zien. Al deze oefeningen zijn bedoeld om uit je hoofd, in je lijf te komen.
Daarna weer enthousiast aan het werk met zuilen plaatsen, daken meten, timpaan versieren, oftewel verder bouwen aan de Griekse tempels. Ze werken hard, en het resultaat is ernaar. Ze zijn net nog niet helemaal klaar vandaag. Volgende week afronden.