We hebben weer een gezellige start met uitdagende spellen. Daarna ‘doen we’ nog een paar Griekse woorden in de Nederlandse taal. Een van die woorden is filosofie. Die kennen de kinderen nog niet.
Ik leg uit dat het betekent ‘ik houd van wijsheid’, en dat je wijsheid kunt krijgen door vragen te stellen. We gaan het ter plekke even uitproberen.
Je hebt verschillende soorten vragen, vragen waar maar één antwoord op mogelijk is, en vragen waar meerdere antwoorden op mogelijk zijn. Ik noem er een paar en laat ze aangeven wat voor soort vraag het is. Er zitten er een paar bij waar ze ter plekke al van mening verschillen en waar we over door kunnen praten (naast vragen als 7+2 en hoeveel haren zitten er op je hoofd. Ze merken op dat de antwoorden in zijn algemeenheid heel verschillend kunnen zijn (de een heeft meer haar dan de ander), maar van één persoon is het maar één getal).
Leuk, we hebben een jarige met een leuke traktatie. In het raadkoffertje blijkt een houten treinrail te zitten. We lezen nog een paar verhalen van Aeschylos, onder andere van de vos en de raaf met kaas in zijn bek. De vos ontfutselt hem de kaas door de raaf listig te vleien dat hij zo mooi kan zingen. Of hij dat niet even wil laten horen…. Veel kinderen kennen dit verhaal al, kun je nagaan hoe lang het al verteld wordt.
Ze luisteren naar een verhaal over een snel en veel denkend meisje (als een hippende mus) en een langzamer denkende, observerende jongen met verdiepende vragen. We voeren daarna een gesprek over snel en langzaam denken. De meeste kinderen geven aan meestal snel te denken en daardoor soms ook dingen vergeten (dan is hun hoofd alweer verder bij een ander onderwerp). Soms zorgt dat ervoor dat ze even niet opletten in de klas.
Het laatste deel van de ochtend gaan we met rode klei net zulke vazen maken als de Grieken vroeger deden. Zij beschilderden hun keramiek met voorstellingen uit de verhalen over goden en mensen en taferelen uit het leven. Er zijn filmpjes waarin die afbeeldingen op een vaas zijn geanimeerd. Heel leuk, zo komt het (bijna letterlijk) tot leven.
Ze zijn geconcentreerd bezig, een jongen maakt zo’n beetje een heel servies. Net op tijd zijn ze klaar met versieren.