Na het vrij spelen, vóór Spaans doen we nu iedere week en focusoefening. Dit keer heet die ‘gouden ei’. Het is een visualisatieoefening en aanleiding om te vragen wie er makkelijk in plaatjes denkt en wie niet. Er zijn een paar kinderen die een geschreven woord zien als ik een woord als ‘stoel’ zeg.
Vandaag starten we de Spaanse les met met elkaar praten. Er zijn kaartjes met vragen en vervolgvragen per hoofdstuk die ze kunnen stellen aan elkaar. Juf Fátima gaat in gesprek met de kinderen die het verst in het boek zijn, handig! Ze heeft altijd allerlei dingen bij zich, en als ze merkt dat de jongen met wie ze in gesprek is jarig is, tovert ze een verjaardagsmemory tevoorschijn.
Die jarige zorgt na Spaans voor een lekkere zelfgebakken traktatie (mjam). We leren de moeilijker versie van een Spaans verjaardagslied (een zin extra). En op verzoek draaien we nog een keer het Youtube-filmpje El auto de papá
Dan is het tijd om naar een andere speelplek dan het plein te lopen (vanwege Corona-maatregelen). Bijna alle kinderen spelen iemand is hem – niemand is hem. Ik zie hoe goed een jongen kan basketballen, hij heeft speciaal zijn bal meegenomen.
Bij terugkomst kijken we een grappige versie van ‘De nieuwe kleren van de keizer’. Ehm, wij vonden hem zelf geloof ik iets grappiger (ouders, vooral kijken!), maar ze zagen de link wel en een jongen kreeg meteen het idee dat wij ook van een ander sprookje een filmpje konden maken.
Daarna hun geheugen opfrissen: in groepjes nadenken welke sprookjes er allemaal bestaan. En dan via een vragenlijst nadenken over wat kenmerken van een sprookje zijn, een beetje analytisch denken. Best lastig, merken we. Dit is een voorbereiding op een volgende opdracht: een sprookjeskwartet maken met elkaar. Dus ga alvast een beetje broeden deze week, zoek je sprookjesboek nog eens op, hoe gingen die verhalen ook alweer?