We starten met afmaken van de Elfen over iets dat met het weer te maken heeft. Met feedback en hulp (haal het werkwoord eens weg, wat kun je nog meer erover zeggen, wat voel je erbij, dat soort dingen) komen er mooie gedichten tevoorschijn. Het zijn net minischilderijtjes.
Een belangrijk onderdeel van ‘Het Weer’ is temperatuur! We gaan dat eerst ervaren door een proefje met drie bakken water, een is koud, een lauw en een heet. De kinderen starten met hun ene hand in koud water en de andere in heet. Als ze daarna beide handen in de middelste bak met lauw water doen, voelt de temperatuur aan beide handen anders!
Hoeveel graden denken ze dat het water is? Ik doe ook mee. In het echt blijkt de temperatuur steeds hoger dan we dachten.
We leren op een binnenthermometer te kijken wat de temperatuur is. Daarna gaan we buiten op verschillende plaatsen een thermometer leggen en als die op temperatuur zijn (dat duurt een tijdje hadden we ontdekt), lezen we af hoeveel graden en noteren plaats en temperatuur. Goed administreren is heel belangrijk bij onderzoek.
Het laatste deel van de ochtend krijgen de kinderen een doe-blad waarop geschreven staat hoe ze zelf een thermometer kunnen maken. Ze moeten starten met een gat in een flessendop maken. Wel zo handig met een handboor (en leuk!). Na een aantal handelingen kunnen ze de thermometer in koud en heet water zetten. En ja hoor, als de fles in warm water staat, stijgt de gekleurde vloeistof (heel zoete limonade) door het rietje omhoog. Bij afkoeling zakt het weer. Na uitleg hoe dit komt is de ochtend om. Was weer leuk en leerzaam.